Wetboek van Strafvordering
Artikel 232
[1.] De verdachte aan wien van de opdracht aan deskundigen gedaan, is kennisgegeven, is bevoegd zijnerzijds een deskundige aan te wijzen, die het recht heeft bij het onderzoek der door den rechter-commissaris benoemde deskundigen tegenwoordig te zijn, daarbij de noodige aanwijzingen te doen en opmerkingen te maken.
[2.] De rechter-commissaris kan om redenen in den persoon gelegen, de toelating van een bepaalden aangewezen deskundige tot het onderzoek weigeren.
[3.] Hij onderwerpt alsdan onverwijld zijne weigering aan het oordeel der rechtbank die alsnog de toelating kan bevelen.
[4.] In geen geval mag, tenzij de rechter-commissaris hierin bewilligt, door de aanwijzing vertraging in den aanvang of den loop van het onderzoek plaats hebben.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.